(Dit advies vervangt en integreert het eerdere advies HGR 9803 ‘Epidemiologie en diagnose van bloedbaaninfecties gerelateerd aan intravasculaire katheters’, 2024)

SAMENVATTING

Dit advies biedt uitgebreide aanbevelingen en kan dienen als basis voor het ontwikkelen van een multimodale strategie voor de preventie en beheersing van bloedbaaninfecties gerelateerd aan intravasculaire, subcutane en intraosseuze katheters. Het combineren van verschillende preventiemethoden wordt hierbij beschouwd als de beste aanpak om infecties effectief te voorkomen.

Hoofdstuk 1 geeft een geactualiseerd overzicht van de epidemiologische situatie van kathetergeassocieerde bloedbaaninfecties in België.

Hoofdstuk 2 presenteert een classificatie van vasculaire en niet-vasculaire katheters die in dit advies worden behandeld, zijnde arteriële katheters, perifere katheters (korte en lange perifere katheters en midlines), centraal veneuze toegangswegen (centraal veneuze katheters, perifeer ingebrachte centrale katheters, getunnelde katheters, poortkatheters en navelkatheters), subcutane katheters en intraosseuze katheters. Dialysekatheters vallen buiten de scope van dit advies.

Hoofdstuk 3 geeft een overzicht van algemene richtlijnen die gelden voor alle besproken kathetertypes, zoals aanbevelingen rond voorbereiding van de huid, antiseptica, asepsisniveaus, verband- en fixatiekeuze, dagelijkse zorg, manipulatie van connecties en infuusleidingen, afnemen van bloedstalen, spoelen en afsluiten van katheters en het verwijderen ervan. Specifieke richtlijnen worden per kathetertype verder uitgewerkt, met aandacht voor keuze van de insteekplaats, de plaatsingstechniek, het gebruik, het onderhoud en de verwijdering. Daarbij worden het belang van handhygiëne en het inzetten van deskundig personeel benadrukt.

In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de keuze van de meest geschikte katheter, waarbij rekening wordt gehouden met therapie- en patiëntgerelateerde factoren. Het advies benadrukt het belang van het selecteren van de minst invasieve en veiligste optie, met maximaal comfort voor de patiënt en een minimaal risico op complicaties.

Hoofdstuk 5 biedt een referentiekader voor de diagnose van kathetergerelateerde bloedbaaninfecties, waarbij gebruik wordt gemaakt van klinische context en microbiologische tests, conform de richtlijnen van HGR 9803.

Het laatste hoofdstuk richt zich op kwaliteitsprogramma’s ter preventie van kathetergerelateerde infecties en complicaties. Hierbij worden kwaliteitsindicatoren besproken, praktische instrumenten aangereikt en het belang van opleiding benadrukt.

De volledige inhoud van dit advies kunt u bekijken en downloaden via de volgende link:

https://www.hgr-css.be/file/download/2ae0cb13-1a24-4e7b-bf4b-df5cdf1facb1/IirhWLRoneHYUa4g2xapHwXKsHUzyHlawPEAXit0c3d.pdf