◄ Terug naar inhoud

Effect van een preventiecampagne op de infectieprevalentie bij gehospitaliseerde psychiatrische patiënten in België: een dynamische prospectieve cohortstudie (2001-2014)

Roger Haenen - verpleegkundig-ziekenhuishygiënist, Groep IDEWE Sofie Vandenbroeck - onderzoeksmedewerker Kennis, Informatie en Research Groep IDEWE

noso-xx-3-01 
INTRODUCTIE

Zorginfecties hebben een belangrijke impact op morbiditeit en mortaliteit.1 Een zorginfectie werd omschreven als een infectie opgelopen tijdens een verblijf in een ziekenhuis of rusthuis of thuisverpleging.
Een  pilootstudie in 1990 (N=858 patiënten van 6 verschillende psychiatrische instellingen) toonde aan dat 12.1% van de aanwezige patiënten minimaal één infectie vertoonden en het totaal aantal infecties bedroeg 14,5%;  De meest voorkomende infecties waren infectieuze huidinfecties, gevolgd door infecties van de lagere luchtwegen en urineweginfecties . Deze resultaten werden bevestigd door een uitgebreidere studie in 1991 (N=8679 patiënten van 29 instellingen)1.  13% van de patiënten hadden één of meerdere infecties en de infectieprevalentie bedroeg 15,4%2
Gelijkaardig met de pilootstudie, kwamen infectieuze huidaandoeningen het meest voor (31,6%), gevolgd door infectie van de lagere luchtwegen (25,8%) en infecties van de bovenste luchtwegen (12,4%) 
Een zeer belangrijk onderdeel van infectiepreventie is goede handhygiëne. Sedert 2004 is er in België een nationale campagne handhygiëne. Vanaf de tweede campagne (november 2006) participeerden ook de psychiatrische ziekenhuizen aan de campagne.  Deze campagne wordt om de 18 maanden herhaald,3.
Sinds 2001 tot op heden gebeurd er jaarlijks een infectieregistratie, onder de vorm van een puntprevalentie. Oorspronkelijk werden enkel de psychiatrische instellingen waar een verpleegkundig-ziekenhuishygiënist van IDEWE aan verbonden was uitgenodigd tot deelname aan de studie. 
In de loop der jaren participeerden ook andere psychiatrische instellingen.
Het opzet van de studie:
1) berekenen en evolutie van de puntprevalentie, 
2) berekenen en evolutie van de prevalentie van geïnfecteerde patiënten,
3) berekenen en evolutie van het antibioticagebruik,
4) berekenen en evolutie van het voorkomen van decubituswonde,
5) berekenen van de impact van de nationale handhygiënecampagne (start bij de tweede nationale campagne “u bent in goede handen”)

METHODE

De studie was een dynamische prospectieve cohortstudie.
Sinds mei 2001 tot en met december 2014 werd er jaarlijks een infectieregistratie uitgevoerd in een aantal Belgische psychiatrische instellingen. Alle psychiatrische instellingen aangesloten bij IDEWE en waar IDEWE verantwoordelijk was voor ziekenhuishygiëne (n=14) werden uitgenodigd voor deelname aan de registratie.  Later werd de mogelijkheid ook gegeven aan niet bij IDEWE aangesloten psychiatrische instellingen. PAAZ afdelingen (Psychiatrische Afdeling in een Algemeen Ziekenhuis) werden niet weerhouden in de studie.
Alle gehospitaliseerde patiënten tijdens de registratieperiode (geplande periode van 5 dagen) konden deelnemen aan de studie.

Variabelen
Een anoniem registratieformulier werd ontwikkeld en diende ingevuld te worden door een daarvoor opgeleide arts of verpleegkundige. Demografische kenmerken (leeftijd en geslacht) en het voorkomen van verschillende types van infectie(s) werden genoteerd. 
De infectiecriteria waren gebaseerd op deze van de Centers for Disease Control uit 19884.  Het criterium van opgetreden 48 uur of meer na de opname werd niet weerhouden.  Omwille van praktische aard, namelijk het ontbreken van microbiologische confirmatie, was het ook niet mogelijk om de McGeer5 criteria toe te passen.

Volgende infectietypes werden genoteerd:
• Bovenste luchtwegen
• Onderste luchtwegen
• Urineweginfecties
• MRSA infecties (sinds 2005)
• Infectieuze huidaandoeningen
• “Andere” infecties

Dragerschap van MRSA, hepatitis B en C, verkoudheden en decubituswonden werden ook gescoord, maar werden niet meegerekend in de totale prevalentie. Tenslotte werd ook het antibioticagebruik genoteerd.

Werkwijze
Artsen en verpleegkundigen werden opgeleid om het registratieformulier in te vullen. Een samenvatting van de infectiecriteria volgens de CDC werd samen met het registratieformulier ter beschikking gesteld.  Indien nodig konden de observatoren gebruik maken van een helpdesk.  Omwille van praktische redenen was het niet mogelijk om steeds de zelfde observatoren in te schakelen.
In een periode van 5 dagen dienden alle aanwezige patiënten gescreend te worden op de aanwezigheid van infecties met als bijkomende voorwaarden dat alle patiënten van één afdeling op dezelfde dag dienden gescreend te worden.
De registratie werd systematisch uitgevoerd in de maand mei van 2001 tot en met 2004 en in de maand december vanaf 2005.
Alle ingevulde formulieren werden door de ziekenhuishygiënist verzameld voor verwerking.

Goedkeuring ethische commissie
Deze studie werd goedgekeurd door de ethische commissie van de Orde der Geneesheren onder het nummer117..

Tableau 1 :  Evolution de la démographie des patients observés Statistische analyse

prevalence01-nl

 Puntprevalenties met 95% betrouwbaarheidsinterval werden berekend voor infecties en patiënten.  Tevens werd het verschil berekend tussen de infectieprevalentie en het aantal geïnfecteerde patiënten in de periode vóór het opstarten van de tweede nationale campagne handhygiëne en de periode erna, meer bepaald de periode vóór en na november 2006.

RESULTATEN

Steekproef
Het aantal instellingen dat deelnam aan de studie varieerde tussen 6 en 12 instellingen met een mediaan van 9 instellingen (Q1=7.25; Q3=10) per jaar. In het totaal namen 39 138 patiënten deel aan de studie (range: 1 344-4 009)
Het totaal aantal bedden van de deelnemende instellingen varieerde tussen 50 en 620.

Prevalentie van infecties, antibioticagebruik en decubituswonden 
De gemiddelde infectieprevalentie en prevalentie van geïnfecteerde patiënten  bedroeg 19,1% (spreiding: 14-26,3%) en 16,2% (spreiding: 14,0-26,3%).

prevalence-02

De drie  meest frequente infectietypes waren: 1) geïnfecteerde huidinfecties (gemiddelde prevalentie:6,9%; spreiding: 3,7-11,4%) of 37,3% van alle infecties; 2) infecties van de lagere luchtwegen  (gemiddelde prevalentie: 4,1%; spreiding: 2,6-5,9%) of 22,2% van alle infecties en 3) de groep “andere infecties” gemiddelde prevalentie: 4%; spreiding: 3,3-5,4%) of 21,6% van alle infecties. 

 

 

prevalence-03

De meest voorkomende huidinfecties waren voetmycose (prevalentie: 2,1%) gevolgd door wratten (prevalentie: 0,8%) en furonkels (prevalentie: 0,5%).
Chronische bronchitis was de meest voorkomende infectie van de lagere luchtwegen (prevalentie: 3,9%).

Figuren 3, 4 en 5 geven respectievelijk een overzicht van de verschillende huidinfecties, de lagere luchtwegeninfecties en de infecties uit de groep “andere infecties.

 

 

prevalence-04

 

 

 

 

 

prevalence-06

 

 

 

 

 

 

 

prevalence-06

 De gemiddelde prevalentie van decubituswonden bedroeg 0,9% (spreiding: 0,5-1,5%). 

Gemiddeld nam 2,5% van de patiënten op het moment van de enquête antibiotica.  De meest voorgeschreven antibiotica waren beta-lactam antibiotica, gevolgd door urinaire antibiotica en quinolonen.(figuur 6)

 

 

 

prevalence-07

 

 Prevalentie vóór en na het invoeren van de nationale campagne handhygiëne (2006)

Gedurende de eerste registratieperiode vóór de implementatie van de nationale campagnes handhygiëne (2001-2006) bedroeg de prevalentie van geïnfecteerde patiënten 17,7% 
(95% CI: 17.1-18.3). Na het invoeren van de campagne (2007-2014) was de gemiddelde prevalentie gezakt tot 14,6% (95%BI: 14,2-15,1%) (p<0,05).
Het verschil in infectieprevalentie en de prevalentie van geïnfecteerde patiënten bedroeg respectievelijk 3,74% en 3,18% (p<0,05).

DISCUSSIE

De drie meest voorkomende infectietypes waren: 1) infectieuze huidinfecties, 2) infecties van de lagere luchtwegen en 3) infecties van de bovenste luchtwegen.
Het gemiddelde antibioticagebruik bedroeg 2,5%.
Vóór de introductie van de nationale campagne in de psychiatrische ziekenhuizen bedroeg de gemiddelde prevalentie van geïnfecteerde patiënten 17,79% per jaar.  Na de inplementatie was de prevalentie significant gedaald tot 14,61%.
Een zelfde beeld vertoonde de infectieprevalentie: van gemiddeld 20,54% vóór de implementatie tot 16,8% erna.
Dit maakt een verschil van 3,7% voor de prevalentie van infecties en 3,2% voor de prevalentie van geïnfecteerde patiënten. Potentieel werden er dus per 1 000 patiënten en per jaar 37 infecties en 32 geïnfecteerde patiënten vermeden door de campagne handhygiëne.  Het is echter niet uit te sluiten dat hier ook andere factoren een rol van betekenis kunnen gehad hebben.
De verdeling van de verschillende infectietypes was ongeveer vergelijkbaar met een gelijkaardige studie uitgevoerd bij de residenten van rust- en verzorgingstehuizen in België6.
In de internationale literatuur vindt men zeer weinig artikels over infectieprevalentie bij opgenomen psychiatrische patiënten: in een Zwitserse studie bij 169 voornamelijk jonge patiënten bedroeg de infectieprevalentie 4,1%.  Een andere studie in Noorwegen rapporteerde een infectieprevalentie van 1,9%; in een nationale studie in Frankrijk in de PAAZ afdelingen van acute ziekenhuizen in 1996 bedroeg de prevalentie 2,9%7.
In 2010 vond de Europese HALT studie8,9 (Healthcare Associated infections in Long-Term facilities) een infectieprevalentie van 4,7%. Het gebruik van antibiotica in de HALT studie (5,3%) was hoger dan in onze studie (2,5%). De meest frequente zorginfecties in de 111 deelnemende woonzorgcentra waren luchtweginfecties (47,9%), voornamelijk lagere luchtwegen infecties, huidinfecties (20, 8%) en urineweginfecties (9,2%). In deze studie werden echter andere infectiecriteria gebruikt.
In (de meeste) psychiatrische instellingen wordt niet of nauwelijks actief gescreend naar het voorkomen van MRSA, waardoor ook de resultaten in onze studie moeilijk te interpreteren  zijn.
Resultaten over de effectiviteit van preventieve acties en voornamelijk het effect van promotie van handhygiëne werd gedocumenteerd in acute ziekenhuizen10-15.  In een overzicht van meer dan 20 studies in ziekenhuizen over de impact van handhygiëne en zorginfecties gepubliceerd tussen 1977 en 2008, konden enkel drie studies geen reductie van het aantal zorginfecties aantonen na een campagne rond handhygiëne.
In een paar studies uitgevoerd in psychiatrische ziekenhuizen werd aangetoond dat promotie voor handhygiëne een gunstig effect had op de verspreiding van MRSA16, van norovirus17 en het Humaan metapneuvirus18.

Beperkingen van de studie
Een aantal biasses kunnen de resultaten van deze studie beïnvloed hebben, onder andere:
1) het wisselende aantal gezondheidswerkers die verantwoordelijk waren voor het invullen van het registratieformulier, 2) een verschil in registratieperiode: tot 2004 in de maand mei, nadien in de maand december, 3) definitie criteria.

Tot besluit kunnen we stellen dat:
1) zorginfecties in psychiatrische instellingen voorkomen en meer aandacht verdienen;
2) campagnes rond handhygiëne bijdragen in de preventie van zorginfecties
3) opstellen van gestandaardiseerde infectiecriteria overwogen dient te worden.

De auteurs houden er aan om de deelnemende instellingen te danken, alsmede de collega’s Laura Jacobs, Chris Apers en Kristien Johannik voor de hulp bij het verwerken van de gegevens.

BIJLAGE : INSTRUKTIES BIJ HET INVULLEN VAN HET FORMULIER

1) – Criteria van infectie van de bovenste luchtwegen
Klinische diagnose van de vermelde aandoening.

2) – Criteria van infectie van de onderste luchtwegen
Nieuw opgetreden of toegenomen sputumproductie, met thoracale (ausculatoir, percutoir) of radiologische tekens, die niet toe te schrijven zijn aan longembool, hartdecompensatie of aspiratie.

3) – Criteria van urineweginfectie
Eén van de volgende tekens dient aanwezig te zijn: koorts (>38°), of frequente, of pijnlijke of dringende mictie, of suprapubische pijn, EN een positieve urinecultuur (minstens 105 kolonies/ml)

OF
– twee van de volgende tekens: koorts (>38°), of frequente, of pijnlijke of dringende mictie, of suprapubische pijn EN pyurie of etterige urine 
OF
– een positieve leukocyten- of nitrietentest, uitgevoerd met een urinestick 
OF
– toediening van urologische antibiotica.
OF
– diagnose gesteld door de geneesheer

* Een asymptomatische bacteriurie dient aan volgende criteria te voldoen:
met verblijfsonde: gedurende een periode van 7 dagen voor het nemen van een urinecultuur vertoont de patiënt(e) geen klinische tekens van een urineweginfectie, maar de urinecultuur is positief (niet meer dan 2 verschillende micro-organismen).

zonder verblijfsonde: in een periode van 7 dagen, 2 positieve urineculturen met dezelfde micro-organismen (maximum 2) zonder andere klinische tekens van urineweginfectie.

4) – Criteria van huid- en/of weke delen-infectie: 
Klinische diagnose van de vermelde aandoening door de geneesheer.  IN DE GROEP “ANDERE” WORDEN ENKEL INFECTIEUZE HUIDAANDOENINGEN GENOTEERD DIE NIET ELDERS KUNNEN GENOTEERD WORDEN.  (dus niet: acné, eczeem, psoriasis,…)

5) – Andere:
– Criteria van gastro-enteritis of diarree:
Plots optreden van diarree(= vloeibare stoelgang sinds meer dan 12 uur) met of zonder braken of koorts EN naar alle waarschijnlijkheid van infectieuze oorsprong (dus bv. niet ten gevolge van een diagnostische test of een behandeling of t.g.v. stress).

– Criteria van hepatitis B of hepatitis C:
Twee van de volgende tekens : koorts (>38 °C), braakneigingen, anorexia, braken, abdominale pijn, icterus, of een bloedtransfusie maximum 3 maand geleden EN een positieve serologie.
Chronische dragers zijn deze patiënten die ooit besmet geweest zijn en die wat betreft hepatitis B NIET gevaccineerd zijn.

– Criteria van osteomyelitis en van genitale infecties 
Deze diagnose dient door een geneesheer te worden gesteld.

Criteria van conjunctivitis:
roodheid van de conjunctiva EN purulent secreet.

– Vraag 2: Ontstaan van een decubitusletsel in de instelling is intra muros, anders is het extra muros.  De ernst van het letsel dient eveneens aangeduid te worden.  Indien een patiënt meerdere decubitusletsels vertoont beschrijft met het ergste letsel.

– Vraag 3: Noteer de naam van het antibiotica dat de patiënt krijgt.  Ofwel noteert men de commerciële ofwel de generische naam van het product .

Hartelijk dank voor uw medewerking

REFERENTIES

1) Haley RW, Culver DH, White JW, et al. The efficacy of infection surveillance ancontrol programs in the prevention of nosocomial infections in US hospitals. Am J Epidemiol1985; 121: 182-205.

2) Haenen R, Moens G, Vandenbroeck S, et al. Effect of a prevention campaign on the prevalence of infections among Belgian psychiatric patients. Research Report 2012

3) Costers M, Viseur N, Catry B, Simon a. Four multifaced countrywide campaigns to promote hand hygiene in Belgian hospitals between 2005 and 2011: impact on compliance to hand hygiene. Euro Surveill 2012;17(18):pii=20161.

4) Garner JS, Jan WR, Emori TG, Horan TC, Hughes JM. CDC definitions for nosocomial infections, 1988. J Infect Control 1988; 128-140

5) McGeer A, Campbell B, Emori TG, et al. (1991) Definitions of infection for surveillance in long-term care facilities. Am J Infect Control 1991;19:1-7.

6) Haenen R, Moens G, Jacques P. Voorkomen en kenmerken van infecties in rust- en verzorgingstehuizen in België. Tijdschr  Geneesk 1998;54:1254-1262.

7) The French Prevalence Survey Study Group. Prevalence of nosocomial infections in France: results of the nationwide survey in 1996. J Hosp Infect 2000;46:186-93.

8) Latour K, Jans B and the HALT management team. Healthcare associated infections in long-term care facilities (HALT study): results of the pilot point prevalence survey November 2009. Brussels: Institute of Public Health, 2011.

9) Jans B, Latour K, Broex E, Goossens H and the the European Surveillance of Antimicrobial Consumption (ESAC) management team. Report on point prevalence survey of antimicrobial prescription in European nursing homes 2009 (first ESAC-project). Brussels: Institute of Public Health, 2010.

10) World Health Organization (WHO). WHO guidelines on hand hygiene in health care. First Global Patient Safety Challenge. Clean Care is Safer Care. Geneva: WHO; 2009. Available from: http://whqlibdoc.who.int/publications/2009/9789241597906_eng.pdf

11) Pittet D, Hugonnet S, Harbarth S, Mourouga P, Sauvan V, Touveneau S, et al. Effectiveness of a hospital-wide programme to improve compliance with hand hygiene. Infection Control Programme. Lancet 2000;356(9238):1307-12.

12) Naikoba S, Hayward A. The effectiveness of interventions aimed at increasing handwashing in healthcare workers – a systematic review. J Hosp Infect. 2001;47(3):173-80.

13) Gould DJ, Chudleigh JH, Moralejo D, Drey N. Interventions to improve hand hygiene compliance in patient care. Cochrane Database Syst Rev. 2007;(2):CD005186.

14) Chen YC, Sheng WH, Wang JT, Chang SC, Lin HC, Tien KL, Hsu LY, TsaI KS. Effectiveness and limitations of hand hygiene promotion on decreasing healthcare-associated infections. PLOS One: 2011;6:e27163: 1-9.

15) Allegranzi B, Pittet D. Roleof hand hygiene in healthcare associated infection prevention. J Hosp Infect 2009;73:305-15.

16) Ebner W, Schlachetzki J, Schneider C, Dettenkofer M, Langosch JM. Hand hygiene seems to be sufficient for prevention of MRSA transmission on a closed psychiatric ward?.  J Hosp Infec 2010;75:334-5.

17) Gilbride SJ, Lee BE, Taylor GD, Forgie SE. Successful containment of a norovirus outbreak in an adult psychiatric area. Infect Control Hosp Epidemiol 2009;30:289-91.

18) Cheng VC, Wu AK, Cheung CH, Lau SK, Woo PC, Chan KH, Li KS, Ip IK, Dunn EL, Lee RA, Yam LY, Yuen KY. Outbreak of human metapneuvirus infection in psychiatric patients : implications for directly observed use of alcohol hand rub in prevention of nosocomial outbreaks. J Hosp Infect 2007;67:336-43.

◄ Terug naar inhoud

Nieuwigheden

Wetenschappelijke agenda

  • maart 2024
  • 28/03
    BICS Symposium
  • april 2024
  • van 8/04 tot 11/04 || in Edinburgh
    The Microbiology Society Annual Conference
  • van 23/04 tot 24/04 || in Birmingham
    Infection and Prevention Control (IPC)
  • van 27/04 tot 30/04 || in Barcelona
    34th European Congress of Clinical Microbiology and infectious diseases
  • mei 2024
  • van 16/05 tot 17/05 || in Louvain-La-Neuve
    18ème Rencontre Internationale Francophone des Infirmiers et Infirmières (RIF)
Bekijk de volgende evenementen

Schrijf ook een artikel !

Vacatures

Onze partners

Flux RSS

Subscribe

REDACTIE

Ontdek de andere online nummers van het tijdschrift

Het volledige archief

Ontdek onze special

Uitwisseling van ervaringen